De lampen gaan uit – in 2022 nóg meer spanning in de Formule 1
Na die laatste wedstrijd van 2021 waarin Max Verstappen de wereldtitel uit het vuur sleepte, dacht je vast dat het niet meer spannender kon. Mis. Want dankzij nieuwe regels en de budgetplafonds voor de teams, komt alles nog dichter bij elkaar te liggen. Dat betekent meer inhaalacties, meer verrassingen en nóg meer spanning.
Nieuwe bolides en makkelijker inhalen
De F1-auto’s van 2022 zien er heel anders uit dan die van vorig jaar. Allereerst zijn er de banden. De bolides van 2022 staan op 18 inch sloffen, waar dat in 2021 nog 13 inch was. Door de grotere banden hebben de auto’s meer grip en stabiliteit. Ook de bandenslijtage is volgens leverancier Pirelli minder. Of dat ook zal leiden tot minder pitstops, zal de praktijk moeten uitwijzen.
Dankzij de wieldoppen en de ‘winglets’ die over de wielen heen zijn gekomen, is de aerodynamica van de auto’s ook anders. Door de veranderde luchtstroom is het voor de coureurs beter mogelijk om vlak achter een voorganger te rijden. Inhalen wordt dan een stuk gemakkelijker. Ook de achtervleugel is zo ontworpen dat de vuile lucht van de achterbanden weg te leiden, zodat het de achterliggende auto niet hindert.
Budgetplafond
Tot voor enkele jaren terug was het simpel. Als je als F1-team veel geld had en dat ook wilde uitgeven, dan had je gelijk een straatlengte voorsprong op de rest. Daarom is er nu een budgetplafond ingesteld, zodat teams niet meer aan hun auto’s mogen uitgeven dan een bepaald bedrag. Het voordeel hiervan is dat het voor de kleinere teams gemakkelijker is om in de buurt te komen van de grote (en rijke) drie: Mercedes, Ferrari en Red Bull.
De eerste wedstrijden
De eerste races van 2022 hebben al laten zien dat de nieuwe regels veel impact hebben. Er wordt meer ingehaald en er zijn de nodige verrassingen. Het team van Haas bijvoorbeeld kon vorig jaar geen potten breken. Maar dit seizoen doen Mick Schumacher en vooral de in alle haast ingevlogen Kevin Magnussen lekker mee. De eerste punten zijn al binnen voor de mannen van teambaas Guenther Steiner, terwijl er in 2021 door het team geen punt is gehaald.
Mercedes aan de andere kant, valt toch een beetje door de mand. Waar de Verstappenfans voorafgaand van het seizoen vreesden voor stevige concurrentie van Hamilton en de nieuwe aanwinst George Russell, blijkt dat toch reuze mee te vallen. Ook de McLarens van het vrolijke duo Norris en Ricciardo vormen bij lange na niet de verwachte bedreiging.
De nieuwe concurrenten voor ‘onze Max’ zijn de Ferrari’s. En dan met name bolide nummer 16, in handen van Charles Leclerc. Samen met zijn teamgenoot Carlos Sainz weet hij het Max Verstappen tot nu toe behoorlijk moeilijk te maken. Verfrissend is wel de sportiviteit van Leclerc, die zichtbaar geniet van de spetterende gevechten die hij met de Nederlander levert.
Kortom, genoeg reden dus om er weer eens lekker voor te gaan zitten als de volgende race zich aandient.